Direct
advies nodig?

Bel de franchisehulplijn 023 - 541 19 27

Of mail

Actueel

Beslaglegging door franchisegever niet in strijd met zorgplicht

27 oktober 2011

Op 23 september heeft de rechtbank Zwolle geoordeeld over de vraag of een beslag dat was gelegd door de franchisegever op de bankrekeningen van de franchisenemer al dan niet geoorloofd was en/of in strijd was met de zorgplicht van de franchisegever.

De zaak:

In deze zaak gaat het om een franchisenemer die een zevental Kentucky Fried Chicken restaurants exploiteerde. De franchisenemer huurde daarnaast ook nog vijf panden van de franchisegever waarin de franchisenemer de restaurants exploiteerde.

De franchisenemer had voor meer dan € 799.000,- aan schulden aan de franchisegever. De franchisegever heeft daarom om verlof gevraagd om beslag te leggen op de bankrekeningen van de holding van de franchisenemer. Dat verlof heeft de franchisegever gekregen en de franchisegever heeft beslag gelegd. Daarnaast heeft de franchisegever het faillissement aangevraagd van meerdere vestigingen van de franchisenemer.

De franchisenemer heeft vervolgens een kort geding aangespannen tegen de franchisegever. De franchisenemer vordert dat het beslag wordt opgeheven en dat het de franchisegever verboden wordt om opnieuw beslag te leggen. Daarnaast vordert de franchisenemer dat het de franchisegever wordt opgedragen om de door de franchisegever uitgebrachte faillissementsverzoeken in te trekken en geen nieuwe verzoeken in te dienen.

De rechtbank oordeelt eerst over de vraag of de franchisegever met het leggen van het beslag, misbruik maakt van haar bevoegdheid. Doordat er beslag is gelegd op de bankrekeningen van de franchisenemer, kan de franchisenemer niet meer over de tegoeden dat op deze bankrekening beschikken, en is de exploitatie van de KFC vestigingen (vrijwel) onmogelijk gemaakt.

Om aan te kunnen tonen dat de franchisegever geen beslag mocht leggen moet de franchisenemer aantonen dat de vordering van de franchisegever ondeugdelijk of onnodig is. Bij de beoordeling of een vordering ondeugdelijk of onnodig is, wordt mede een afweging gemaakt van wederzijdse belangen van partijen, waarbij de rechter dient te beoordelen of het belang van de beslaglegger (de franchisegever in dit geval) bij handhaving van het beslag op grond van de door deze naar voren gebrachte omstandigheden zwaarder dient te wegen dan het belang van de beslagene (de franchisenemer) bij opheffing van het beslag.

Aangezien de rechter aannemelijk acht dat de franchisegever ten minste een bedrag van € 799.000,- te vorderen heeft van de franchisenemer, is de vordering volgens de rechter deugdelijk en niet onnodig. Dat de franchisegever met het beslag de hele onderneming van de franchisenemer heeft “platgelegd”, heeft de franchisenemer volgens de kort geding rechter niet althans onvoldoende aannemelijk weten te maken.

Daarnaast komt de rechter tot de conclusie dat de franchisegever haar zorgplicht jegens de franchisenemer niet heeft geschonden. De rechter motiveert dit verder niet.

Gevolg franchisenemer:

Het gevolg voor de franchisenemer was dat op de dag dat de hier besproken uitspraak is gedaan, tevens het faillissement werd uitgesproken van de zeven vestigingen van de franchisenemer. In overleg met de franchisegever en de curatoren zijn de failliete vestigingen inmiddels wel weer geopend.

Zorgplicht franchisegever:

De vraag is wat de oorzaak is geweest van het feit dat er een dermate hoge schuld is ontstaan van de franchisenemer aan de franchisegever. Indien er sprake is van achterblijvende resultaten, wat vaak achterstanden van de huur en van de franchisefee tot gevolg heeft, heeft de franchisegever een vergaande zorgplicht die ook meerdere manieren kan worden vervuld. De vraag is hoe de franchisegever in dit geval haar zorgplicht heeft ingevuld. De kort geding rechter heeft in het kader van dit geding daarover helaas niet gemotiveerd geoordeeld.

Het is voor franchisenemers bijzonder belangrijk om nooit te lang te wachten met het ondernemen van actie(s) indien sprake is van een verliesgevende exploitatie en (steeds verder) oplopende schulden. Trek tijdig aan de bel en/of onderneem actie zodra er sprake is van tegenvallende resultaten. Ga na wat de oorzaak is van deze tegenvallende resultaten en tracht in samenspraak met de franchisegever tot een oplossing te komen. Win tijdig advies in . Te lang stilzitten is in elk geval onverstandig en kan leiden tot zeer ernstige gevolgen.

Geschreven door:

Kees Kan

Kees Kan is advocaat sinds 1995. Zijn grote interesse en passie gaat uit naar franchising en alles wat daarmee samenhangt. Kees heeft de afgelopen 20 jaar franchisegevers, franchisenemers en collectieven/ verenigingen van franchisenemers bijgestaan. Zijn praktijk bestaat vrijwel uitsluitend uit franchise gerelateerde advisering. Hij publiceert regelmatig over franchise en verzorgt franchiseworkshops en –seminars. Kees is initiatiefnemer en oprichter van de website www.franchisehulp.nl.

Gepubliceerd op: 27 oktober 2011