Direct
advies nodig?

Bel de franchisehulplijn 023 - 541 19 27

Of mail

Actueel

Franchisegever in kort geding veroordeeld tot betaling geldschuld aan franchisenemer!

28 februari 2012

Het gerechtshof te ’s-Hertogenbosch heeft enige tijd geleden franchisegever Villa Happ (kinderkleding franchiseformule) veroordeeld tot betaling van een geldsom ad ruim € 194.000,= aan een voormalige franchisenemer. Vorderingen tot betaling van geldsommen in kort geding worden terughoudend beoordeeld en zijn slechts onder voorwaarden toewijsbaar.

Het Hof heeft geoordeeld dat een geldvordering in kort geding slechts toewijsbaar is als is voldaan aan drie voorwaarden:

1. het bestaan en de omvang van de vordering in voldoende mate aannemelijk is terwijl
2. uit hoofde van onverwijlde spoed een onmiddellijke voorziening vereist is en
3. het risico van onmogelijkheid van terugbetaling (het zogenaamde “restitutierisico”) bij afweging van de belangen van partijen aan toewijzing niet in de weg staat.

Toewijzing van een geldvordering in kort geding brengt het risico mee dat, bij toewijzing, na incasso en wanneer in een bodemgeschil anders is beslist, restitutie niet meer kan worden verkregen (“restitutierisico”). Mede met het oog op dit risico is met betrekking tot toewijzing van een geldvordering in kort geding terughoudendheid op haar plaats en mag van de rechter worden verlangd dat naar behoren feiten en omstandigheden worden aangewezen die meebrengen dat een toewijzing in kort geding uit hoofde van onverwijlde spoed is geboden.

In deze zaak heeft de (ex-)franchisenemer aangevoerd dat zij spoedeisend belang had bij betaling van de door haar gevorderde bedragen omdat zij anders in een financiële noodsituatie terecht zou komen. De ex-franchisenemer had dit onderbouwd met een e-mail en een brief van de ABN-Amrobank waaruit bleek dat de bank na het wijzen van dat arrest, afhankelijk van de uitkomst daarvan, zou overgaan tot incassomaatregelen jegens de ex-franchisenemer. Daarnaast diende de ex-franchisenemer ook maandelijks rente te betalen aan de ABN-Amrobank terwijl de geldvordering zag op een vergoeding voor de reeds terug geleverde winkel met inventaris. Het Hof nam op grond daarvan aan dat het vereiste spoedeisende belang (voorwaarde 2) bij de ex-franchisenemer om een geldvordering in kort geding in te stellen aanwezig was.

Voorts oordeelde het Hof dat, nu het ging om nakoming van een overeenkomst door Villa Happ, welke verplichting op zichzelf niet was betwist, het Hof het bestaan en de omvang van de vordering van de ex-franchisenemer voldoende aannemelijk achtte (voorwaarde 1).

Tenslotte achtte het Hof het restitutierisico (het risico dat de ex-franchisenemer indien deze in het ongelijk zou worden gesteld in een bodemprocedure, het toegewezen bedrag niet zou kunnen terugbetalen aan Villa Happ) niet van dien aard dat het belang dit risico aan toewijzing van de vordering in kort geding in de weg kon staan (voorwaarde 3).

Het Hof wees vervolgens de vorderingen jegens de franchisegever toe.

Uit het voorgaande blijkt aan welke eisen moet zijn voldaan om een geldvordering in kort geding toegewezen te krijgen. Van groot belang is dat aangetoond wordt dat er een spoedeisend belang is, dat het bestaan en de omvang van de vordering in voldoende mate aannemelijk is en dat het risico van (eventuele) onmogelijkheid van terugbetaling bij afweging van de belangen van partijen aan toewijzing van de geldvordering in kort geding niet in de weg staat. Wordt niet aan deze drie vereisten voldaan dan dient de gewone (bodem)procedure te worden gevolgd.

Voorafgaand aan het instellen van een procedure dient derhalve goed te worden beoordeeld welke weg bewandeld kan of dient te worden: een kort geding of een bodemprocedure? Bij een spoedeisend belang kan een kort geding worden overwogen nu daarmee op (zeer) korte termijn over een vonnis kan worden beschikt; wel dient van tevoren goed te worden beoordeeld of kan worden voldaan aan de drie hiervoor genoemde voorwaarden!

Geschreven door:

Kees Kan

Kees Kan is advocaat sinds 1995. Zijn grote interesse en passie gaat uit naar franchising en alles wat daarmee samenhangt. Kees heeft de afgelopen 20 jaar franchisegevers, franchisenemers en collectieven/ verenigingen van franchisenemers bijgestaan. Zijn praktijk bestaat vrijwel uitsluitend uit franchise gerelateerde advisering. Hij publiceert regelmatig over franchise en verzorgt franchiseworkshops en –seminars. Kees is initiatiefnemer en oprichter van de website www.franchisehulp.nl.

Gepubliceerd op: 28 februari 2012