Direct
advies nodig?

Bel de franchisehulplijn 023 - 541 19 27

Of mail

Actueel

Franchisegever schadeplichtig door onjuiste opzegtermijn!

27 mei 2011

Bij opzegging (franchise)overeenkomst moet een redelijke termijn in acht worden genomen!

De rechtbank Arnhem heeft op 4 mei 2011 geoordeeld dat bij de opzegging van een samenwerkingsovereenkomst* een redelijke termijn in acht dient te worden genomen. Juist als de franchisenemer tekortschiet in de nakoming van zijn verplichtingen, dient deze eerst in gebreke te worden gesteld en moet daarbij de afgesproken termijn in acht worden genomen. Ook als de overeenkomst geen nadere afspraken bevat over de opzegtermijn, heeft de rechter bepaald dat een redelijke termijn in acht moet worden genomen:

Op grond van vaste rechtspraak heeft te gelden dat een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan in het algemeen door enkele opzegging kan worden beëindigd, mits daarbij een redelijke, aan de omstandigheden van het geval aangepaste, termijn in acht wordt genomen.’

In de zaak in Arnhem was tussen de partijen een ‘duurzame en exclusieve’ samenwerkingsovereenkomst gesloten. De rechtbank stelde dat bij een ‘duurzame en exclusieve’ overeenkomst partijen er vanuit mogen gaan dat er ook daadwerkelijk sprake zal zijn van een langdurige samenwerking. In dit geval had de samenwerkingsovereenkomst nog maar twee jaar geduurd toen deze zonder enige opzegtermijn (per direct) ten gevolge van een conflict werd opgezegd. Mede daarom werd de opzeggingstermijn aan de omstandigheden van het geval door de rechtbank aangepast naar vier maanden. Nu deze termijn niet in acht was genomen werd de franchisegever veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding in de vorm van de gederfde opbrengsten over die vier maanden.

De franchisegever is dus verplicht om, indien de franchisenemer tekortschiet in de nakoming van zijn verplichtingen voortvloeiende uit de franchiseovereenkomst, de franchisenemer eerst in gebreke te stellen, voordat de franchisegever tot ingrijpende en soms onherstelbare acties overgaat. Door de franchisenemer in gebreke te stellen, wordt hem een termijn gegund om het (gestelde) gebrek te herstellen zodanig dat hij zijn verplichtingen jegens franchisegever weer nakomt.

Als er in de franchiseovereenkomst wel een opzeggingstermijn is afgesproken, moet de franchisegever zich hier ook strikt aan houden. Het gerechtshof in Den Bosch heeft enige tijd terug uitspraak gedaan in een zaak waarbij de franchisegever de franchisenemer wel in gebreke stelde, maar hierbij niet de afgesproken termijn in acht nam. De rechter kwam hierbij niet eens toe aan de vraag of de franchisenemer daadwerkelijk tekort was geschoten in zijn verplichtingen voortvloeiende uit de franchiseovereenkomst, nu de franchisegever niet de afgesproken termijn had gehanteerd om de franchisenemer een redelijke kans te geven zich te herstellen. Zo hanteerde de franchisegever in zijn sommaties richting franchisenemer in eerste instantie geen termijn en vervolgens een termijn van veertien dagen terwijl volgens de franchiseovereenkomst een minimum termijn van één maand gold!

Indien uw franchisegever aangeeft de franchiseovereenkomst per direct of binnen een bepaalde termijn op te willen zeggen, zorg dan dat u er goed op de hoogte bent van wat er in de franchiseovereenkomst is afgesproken met betrekking tot opzegging. De kans bestaat dat opzegging pas mogelijk is als u tevergeefs bent gesommeerd, in gebreke bent gesteld en een redelijke termijn in acht is genomen. Worden de opzegbepalingen niet nageleefd dan is de opzegging ongeldig en leidt dat tot schadeplichtigheid bij franchisegever of mogelijk zelfs een nietige opzegging (waardoor de franchiseovereenkomst dan dus doorloopt)!

* Zie hiervoor het nieuwsitem d.d. 26 april 2011, waarin wordt toegelicht dat de benaming van de overeenkomsten niet van doorslaggevend belang zijn voor het antwoord op de vraag of al dan niet sprake is van een franchiserelatie. Ook al werd in de zaak in Arnhem verwezen naar een samenwerkingsovereenkomst in plaats van een franchiseovereenkomst, dat wil niet zeggen dat hetgeen bepaald is in deze zaak, niet tevens van waarde kan zijn voor partijen die een franchiseovereenkomst hebben gesloten

Geschreven door:

Kees Kan

Kees Kan is advocaat sinds 1995. Zijn grote interesse en passie gaat uit naar franchising en alles wat daarmee samenhangt. Kees heeft de afgelopen 20 jaar franchisegevers, franchisenemers en collectieven/ verenigingen van franchisenemers bijgestaan. Zijn praktijk bestaat vrijwel uitsluitend uit franchise gerelateerde advisering. Hij publiceert regelmatig over franchise en verzorgt franchiseworkshops en –seminars. Kees is initiatiefnemer en oprichter van de website www.franchisehulp.nl.

Gepubliceerd op: 27 mei 2011