Direct
advies nodig?

Bel de franchisehulplijn 023 - 541 19 27

Of mail

Actueel

Franchiseovereenkomst niet nageleefd: wat nu?

25 augustus 2009

De samenwerking tussen franchisegever en franchisenemer is gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Vertrouwen in de franchiseformule, in de franchiseorganisatie, in de capaciteiten van de franchisenemer als ook in het nakomen van gemaakte afspraken. Die afspraken liggen vast in de franchiseovereenkomst en aanverwante overeenkomsten, zoals de huurovereenkomst, de inkoopovereenkomst, de algemene voorwaarden, het handboek en mogelijk nog andere overeenkomsten. Welke mogelijkheden zijn er indien verplichtingen uit die overeenkomsten worden geschonden?DOOR: KEES KAN

 

Minnelijk ov erleg

In een gezonde zakelijke verhouding past dat contractpartijen bij verschil van mening over de nakoming van verplichtingen in overleg treden en naar een oplossing zoeken. Veel conflicten zijn terug te voeren op miscommunicatie en kunnen met een goed gesprek of met het verschaffen van (meer) duidelijkheid worden opgelost.

Opschorting

Indien minnelijk overleg geen oplossing biedt, kan een beroep op opschorting van verplichtingen worden gedaan totdat de andere partij alsnog haar verplichtingen nakomt. Om tot opschorting over te kunnen gaan, moet de andere partij een opeisbare verplichting niet zijn nagekomen, bijvoorbeeld de verschuldigde franchisefee is niet betaald of de overeengekomen contractsproducten zijn niet geleverd. Verder is vereist dat de verplichting die wordt opgeschort nauw verband houdt met de verplichting die niet wordt nagekomen. Indien franchisegever haar franchisenemers onvoldoende begeleidt, mag opschorting van de franchisefee wel plaatsvinden (die wordt immers mede betaald voor begeleiding) maar mag bijvoorbeeld betaling van de verschuldigde huurpenningen voor het gehuurde bedrijfspand niet worden opgeschort zolang franchisegever het huurgenot wel verschaft.

Veel conflicten zijn terug te voeren op miscommunicatie

Tenslotte is voor geldige opschorting vereist dat de wanprestatie de opschorting moet rechtvaardigen. Bij zeer ondergeschikte tekortkomingen kan niet worden opgeschort, bij gedeeltelijke tekortkoming kan in principe slechts gedeeltelijk worden opgeschort. Zo zal een geringe achterstand in de betaling van een promotiefee niet rechtvaardigen dat een franchisegever toezending van belangrijk promotiemateriaal opschort. Evenmin zal het incidenteel niet leveren van een enkel product op een totaal van vele contractproducten niet rechtvaardigen dat een franchisenemer betaling van de franchisefee opschort.

Ontbinding

Indien opschorting niet leidt tot het gewenste resultaat kan ook worden gekozen voor ontbinding van de franchiseovereenkomst en aanverwante overeenkomsten. Om tot ontbinding over te kunnen gaan moet sprake zijn van een wanprestatie, die bovendien niet van (zeer) geringe aard mag zijn. Met andere woorden: de wanprestatie moet – net als bij opschorting – voldoende ernstig zijn om de ontbinding te rechtvaardigen. Verder moet er sprake zijn van verzuim. Daarvan is sprake zodra de (wanpresterende) wederpartij schriftelijk in gebreke is gesteld, waarbij een redelijke termijn voor herstel van het gebrek is geboden en herstel binnen die periode is uitgebleven. Ontbinding vindt plaats door middel van een schriftelijke verklaring dan wel door een vonnis van de rechter in een gerechtelijke procedure. Ontbinding heeft geen terugwerkende kracht.

Bij onvoldoende begeleiding mag de franchisefee worden opgeschort

Ontbinding betekent meestal een tussentijdse beëindiging van de franchiseovereenkomst en de daaraan gelieerde overeenkomsten, waaronder bijvoorbeeld de huurovereenkomst. Ontbinding heeft derhalve verstrekkende gevolgen en is vaak niet zonder risico’s. Indien achteraf blijkt dat de ontbinding ten onrechte is ingeroepen, kan de andere partij op haar beurt schadevergoeding vorderen. Die schade kan voor franchisenemer bijvoorbeeld bestaan uit gederfde winst en/of uit verlies door vervroegde afschrijvingen. Voor franchisegever kan de schade bestaan uit gemiste franchisefees of huurpenningen. Verder kan vergoeding van noodzakelijk gemaakte kosten voor ingeschakelde deskundigen worden gevorderd.

Nakoming vorderen

In plaats van ontbinding kan ook nakoming worden gevorderd in een gerechtelijke procedure. In spoedeisende gevallen kan gekozen worden voor een kort geding waarin een voorlopige (nood)maatregel kan worden verzocht. Voordeel van een kort geding is dat binnen relatief korte termijn (meestal binnen één à twee maanden) een vonnis wordt gewezen. Partijen weten snel waar zij (voorlopig) aan toe zijn. Nadeel is dat niet elke zaak zich leent voor een kort geding. Een voorzieningenrechter kan slechts beperkt toetsen (uitvoerige bewijslevering is bijvoorbeeld niet mogelijk) zodat de voorgelegde zaak niet ‘te ingewikkeld’ moet zijn, anders zal de rechter al snel verwijzen naar een gewone (bodem)procedure. Bovendien moet de vordering of zaak voldoende ‘hard’ zijn want bij twijfel is de kans groot dat de voorzieningenrechter de vordering zal afwijzen (en eventueel naar een bodemprocedure zal verwijzen).

 

Voorbeelden waarbij kort geding door franchisenemer mogelijk zijn, als:

  • franchisegever contractgoederen niet meer levert
  • franchisegever een andere franchisevestiging in exclusieve rayon van franchisenemer vestigt
  • franchisegever de franchisenemer geheel verwijdert uit de franchiseorganisatie/systeem /website et cetera
  • franchisegever geheel niet meer nakomt

Bodemprocedure duurt al snel één tot anderhalf jaar

Voorbeelden waarbij kort geding door franchisegever mogelijk is:

  • meerdere franchisenemers komen betalingsverplichtingen niet na waardoor de franchiseorganisatie als geheel in financiële problemen geraakt
  • franchisenemer verricht verboden direct concurrerende activiteiten
  • franchisenemer verlaat ondanks eindigen van de franchiseovereenkomst/huurovereenkomst het gehuurde niet
  • franchisenemer geheel niet meer nakomt

Indien er onvoldoende spoedeisend belang is, kan nakoming maar ook schadevergoeding worden gevorderd in een bodemprocedure. Een bodemprocedure duurt in de regel al snel één tot anderhalf jaar. In de bodemprocedure is meer gelegenheid voor onderbouwing van de vordering en de bewijslevering. Een bodemprocedure leent zich het beste voor het instellen van vorderingen tot vergoeding van schade.

Tenslotte

Diverse acties zijn mogelijk in geval van wanprestatie. Welke actie de meest gewenste is, hangt af van de situatie. Belangrijk is dat bij een keuze alle voor- en nadelen worden afgewogen en dat zorgvuldig wordt gehandeld. Mocht er bijvoorbeeld aanleiding zijn om te ontbinden, maar is vergeten de andere partij in gebreke te stellen, dan zou dit ertoe kunnen leiden dat de ontbinding te vroeg en dus ten onrechte is ingeroepen, met zeer verstrekkende (financiële) gevolgen

Wees dus op uw hoede en win tijdig deskundig advies in! mr. C.M. (Kees) Kan, Advocaat bij KanVlassenroot Advocaten in Haarlem

Moet dit er ook bij?

Ontbinding door franchisegev er is gerechtvaardigd als: franchisenemer niet voldoet aan inkoopverplichtingen franchisenemer niet de verschuldigde franchisefees betaalt franchisenemer verplichtingen uit de huurovereenkomst schendt franchisenemer de formule op ernstige wijze schaadt, bijvoorbeeld door niet de vereiste winkelinrichting te voeren, door verkoop van niet-toegestane (formulevreemde) producten, door onjuiste negatieve berichtgeving in de media, enzovoort franchisenemer verboden concurrerende activiteiten onderneemt franchisenemer de exploitatie van zijn franchisevestiging staakt Ontbinding door franchisenemer is gerechtvaardigd als: franchisegever onvoldoende inspeelt op gewijzigde marktomstandigheden waardoor de formule aan kracht verliest franchisegever de exclusiviteit van franchisenemer schendt binnen diens exclusieve regio/rayon franchisegever de formule wijzigt zonder instemming van betreffende franchisenemer franchisegever onvoldoende ondersteuning en begeleiding biedt franchisegever bij aanvang van de franchise onjuiste prognoses geeft waardoor de resultaten sterk achterblijven franchisegever de formule van de markt haalt

Geschreven door:

Kees Kan

Kees Kan is advocaat sinds 1995. Zijn grote interesse en passie gaat uit naar franchising en alles wat daarmee samenhangt. Kees heeft de afgelopen 20 jaar franchisegevers, franchisenemers en collectieven/ verenigingen van franchisenemers bijgestaan. Zijn praktijk bestaat vrijwel uitsluitend uit franchise gerelateerde advisering. Hij publiceert regelmatig over franchise en verzorgt franchiseworkshops en –seminars. Kees is initiatiefnemer en oprichter van de website www.franchisehulp.nl.

Gepubliceerd op: 25 augustus 2009