Direct
advies nodig?

Bel de franchisehulplijn 023 - 541 19 27

Of mail

Actueel

Schadevergoeding voor franchisenemer in kort geding

1 juli 2014

Op 9 april dit jaar heeft de kort geding rechter Noord-Nederland een interessante uitspraak gewezen over het verkrijgen van schadevergoeding door een franchisenemer.

De vraag die de Voorzieningenrechter (kort geding) moest beantwoorden was: heeft de franchisenemer recht op een voorschot op terugbetaling van verrichte investeringen nadat de franchisenemer de franchiseovereenkomst eerder op grond van dwaling had vernietigd?

De Voorzieningenrechter oordeelde van wel. Dit is opmerkelijk nu een geldvordering in kort geding zelden wordt toegewezen.

Samenvatting geschil

Franchisenemer had de franchiseovereenkomst wegens dwaling vernietigd omdat franchisegever onrealistische prognoses had afgegeven. Als voorschot op de te vorderen schadevergoeding vordert de franchisenemer in kort geding een veroordeling tot betaling van € 80.000.

Franchisegever voert verweer stellende dat franchisenemer geen spoedeisend belang heeft bij het voorschot en dat sprake is van restitutierisico (risico dat een betaald bedrag niet meer kan worden terugbetaald als later, in hoger beroep, blijkt dat ten onrechte is betaald).

Volgens de voorzieningenrechter is in de gegeven omstandigheden (i) sprake van spoedeisend belang en (ii) dienen partijen de verrichte prestaties en gevolgen van de franchise ongedaan te maken. Vernietiging impliceert onder andere dat de door de franchisenemer gedane investeringen (bijvoorbeeld de aanschaf van inventaris) moeten worden vergoed. Franchisenemer zou die investeringen namelijk ook niet hebben gedaan als hij de overeenkomst niet had gesloten.

Om die reden, zo oordeelt de voorzieningenrechter, heeft franchisenemer ten minste recht op terugbetaling van zijn investeringen voor de aanschaf van inventaris, die niet door de franchisegever zijn betwist. Dit betrof in deze zaak € 81.504 exclusief btw. Vanwege het aanzienlijke restitutierisico acht de voorzieningenrechter toewijzing van een voorschot van € 40.000 passend.

Belang voor franchisenemers

Deze uitspraak is van belang voor franchisenemers die zich (achteraf) geconfronteerd zien met onjuiste prognoses, en daarin reden zien de franchiseovereenkomst (op grond van dwaling) te vernietigen, kunnen blijkens deze uitspraak onder omstandigheden met succes een kort geding tegen hun (voormalige) franchisegever beginnen om zo (in een relatief kort tijdsbestek) een gedeelte van de schadevergoeding betaald te krijgen. Daarna kan eventueel nog een normale (bodem)procedure worden gestart om het restant van de schadevergoeding op de franchisegever te verhalen.

Geschreven door:

Kees Kan

Kees Kan is advocaat sinds 1995. Zijn grote interesse en passie gaat uit naar franchising en alles wat daarmee samenhangt. Kees heeft de afgelopen 20 jaar franchisegevers, franchisenemers en collectieven/ verenigingen van franchisenemers bijgestaan. Zijn praktijk bestaat vrijwel uitsluitend uit franchise gerelateerde advisering. Hij publiceert regelmatig over franchise en verzorgt franchiseworkshops en –seminars. Kees is initiatiefnemer en oprichter van de website www.franchisehulp.nl.

Gepubliceerd op: 1 juli 2014